Enschede gaat ontvlechten

  • Soort:Nieuws Fietsberaad
  • Datum:13-01-2012

In 2020 is het fietsaandeel in verplaatsingen in Enschede tot 7,5 km 38%. Nu bedraagt dat 34%. Om dat te bereiken verlaat Enschede het bundelingconcept met fietsroutes langs de autoroutes en gaat men op grote schaal ontvlechten. Dat is een van de belangrijkste maatregelen die is te lezen in de nieuwe Fietsvisie van de gemeente waarin het beleid wordt uitgestippeld tot 2020.


Het oude fietsnetwerk van Enschede bestaat uit een primair en een secundair netwerk. Het primaire netwerk valt samen met de hoofdwegen voor het autoverkeer waarlangs bijna overal fietspaden of fietsstroken liggen. Het secundaire netwerk is fijnmaziger en loop door de woongebieden tussen de hoofdwegen. Doordat het primaire netwerk voor de fiets samenvalt met de belangrijkste wegen voor het autoverkeer komen vooral de aantrekkelijkheid, de veiligheid en het comfort voor de fietser in het geding, aldus de gemeente. De uitlaatgassen en het lawaai van auto’s maken het fietsen langs drukke wegen minder aantrekkelijk en ongezonder. Daarnaast zijn er veel plekken waar de fiets en de auto elkaar tegenkomen, waardoor er diverse potentieel onveilige situaties ontstaan. Bovendien is er vaak niet genoeg ruimte voor alle verkeerssoorten, waardoor de fietser genoegen moet nemen met te smalle fietspaden of –stroken. Hoewel de routes langs de hoofdwegen vaak wel direct zijn, zijn ze lang niet altijd snel. Op veel kruispunten staan verkeerslichten waarbij de capaciteit moet worden verdeeld tussen alle verkeersdeelnemers. De fietser wordt hier vaak geconfronteerd met lange wachttijden.
Het secundaire netwerk door de wijken is in de jaren 2000-2010 minder belangrijk geworden doordat de wijken in Enschede ingericht zijn als verblijfsgebieden (30 km/uur-zones). Daarom zijn op veel van deze routes geen bijzondere maatregelen meer nodig om er veilig en comfortabel te kunnen fietsen.
Het nieuwe streven van de gemeente Enschede is om de auto- en fietsstromen zoveel mogelijk te ontvlechten. Dat betekent routes van en naar Enschede-Centrum en Enschede-West door de verblijfsgebieden. De belangrijkste eis voor een ontvlochten route is dat er niet teveel autoverkeer gebruik van maakt. Idealiter is het aantal fietsers veel groter dan het aantal auto’s, bijvoorbeeld 2000 fietsers en slechts 500 auto’s per dag. De bovengrens voor de auto-intensiteit is vastgelegd bij een intensiteit die past bij een normale woonstraat. Hierin passeren maximaal 2500 voertuigen per etmaal. Als op een route een hogere auto-intensiteit aanwezig is, moet met verkeerscirculatiemaatregelen de intensiteit omlaag worden gebracht tot een acceptabel niveau. Om de herkenbaarheid van de route en het comfort voor de fietsers te vergroten wordt op ontvlochten routes een verharding van rood asfalt toegepast.
Hoewel Enschede inzet op de aanleg van ontvlochten routes, blijven de gebundelde routes een belangrijke rol vervullen in het fietsnetwerk. Door de combinatie van drukke auto-en fietsstromen is extra aandacht voor een veilige en comfortabele vormgeving en een goed beheer van de fietsvoorzieningen van groot belang. Langs de hoofdwegen komen twee typen fietsvoorzieningen voor: fietsstroken en vrijliggende fietspaden met als minimale maten 1,75m voor fietsstroken, 2,50m voor vrijliggende éénrichting fietspaden en 3,50m voor in twee richtingen bereden fietspaden.

Relevantie

Scroll naar boven