Deze stijging wordt vooral verklaard door een stijging (+31%) van het aantal fietsers met ernstig letsel dat op de SEH is behandeld. Dit blijkt uit analyse van het Letsel Informatie Systeem (LIS) van VeiligheidNL.
Onder de 123.000 slachtoffers die op de SEH gezien zijn vormden de 12- tot en met 19-jarigen (17.400), 20- tot en met 29-jarigen (18.900) en 50- tot en met 59-jarigen (16.900) de grootste groepen. Kijkend naar verkeersdeelname blijkt dat fietsers veruit in de meerderheid zijn (63%), in 14 procent van de gevallen was er sprake van letsel bij een inzittende van een personenauto.
In totaal waren de kosten van verkeersslachtoffers die werden behandeld op de SEH-afdeling en/of werden opgenomen in het ziekenhuis volgens VeiligheidNL naar schatting € 760 miljoen. Deze kosten bestonden uit directe medische kosten (€ 400 miljoen) en verzuimkosten (€ 360 miljoen). Fietsers vormen de grootste groep slachtoffers en veroorzaken daardoor ook de hoogste kosten (€ 440 miljoen) van alle verkeersdeelnemers.
Het aantal fietsers dat op de SEH is behandeld als gevolg van ernstig letsel door een verkeersongeval is in 2018 gestegen tot 46.800, ten opzichte van 2009 een stijging van 31 procent. Fietsslachtoffers zijn relatief vaak jongeren en ouderen. Van de SEH-slachtoffers was meer dan 40 procent 55 jaar of ouder.
In tweederde van de gevallen (68%) ontstond het letsel door een enkelvoudig fietsongeval.
Ouderen lopen bij fietsongevallen vaker ernstig letsel op dan jongeren. Ongevallen op elektrische fietsen leveren gemiddeld ernstiger letsel op dan een ongeval op een gewone fiets, maar gecorrigeerd voor leeftijd en geslacht verdwijnt dit effect.
Op elektrische fietsen rijden veelal oudere fietsers, een groep die al (op elk fietstype) relatief ernstige letsels oploopt. Daarmee is de elektrische fiets gemiddeld genomen niet gevaarlijker dan een gewone fiets, maar ouderen fietsen vaker en verder met een elektrische fiets.