Veel schakels maken nog geen ketting

  • Soort:Artikelen Fietsverkeer
  • Uitgever:Fietsverkeer
  • Datum:01-06-2002

Een overzicht van alle initiatieven uit de jaren 1985-2000 om door registratie fietsdiefstal in te perken.


 

Klik op de knop om de link te openen (opent in een nieuw venster)

downloaden
  • Rond handhaving zijn zes factoren van belang zijn:
    1. Unieke en resistente identificatie van (gestolen) fietsen.
    2. Koppeling van de (gestolen) fiets aan de bezitter, ook na mutaties (verhuizing, verkoop).
    3. Maximale aangifte van diefstal.
    4. Landelijke registratie van gestolen fietsen.
    5. Snelle signaleringsmogelijkheid van de status ‘gestolen of kwijt’ bij surveillance en helingcontrole.
    6. Grote inzet van politie, OM en eventueel andere toezichthouders.

    In de jaren 1985-2000 zijn op verschillende fronten initiatieven ontwikkeld. De daaruit voortvloeiende activiteiten worden inmiddels steeds meer op elkaar afgestemd, vooral waar het de meer technische ontwikkelingen rond tags(chips) en registratiesystemen betreft. 

    Drie initiatieven kunnen worden getoetst aan het in 1995 bedachte ‘optimale’ maatregelenpakket (factoren). 

    De DiefstalPreventieChip (DPC).
    In navolging van Batavus bouwen fietsfabrikanten al meer dan een jaar op grote schaal standaard chips in fietsen in. De unieke kenmerken van de fiets en van de chip worden opgeslagen in een databank die de politie kan raadplegen. Met deze maatregel zetten de fabrikanten een belangrijke stap. Maar die stap blijft ontoereikend als hij op zichzelf blijft staan.
    Identificatie (factor 1) en landelijke registratie (factor 4) worden aangepakt, maar de politie komt vooralsnog niet in actie (factor 6). Daarover zijn namelijk nog geen afspraken gemaakt. Of burgers zonder verdere aansporingen vaker diefstal zullen aangeven (factor 3), is zeer de vraag. Bovendien is koppeling van fiets en bezitter (factor 2) nog niet goed geregeld, wat het effect van eventuele grotere aangiftebereidheid weer snel kan doen verminderen. Op termijn maakt dat politie-inzet weer minder aannemelijk. Als dieven vervolgens niet merken dat de DPC hen belemmert, dreigt de kans te worden gemist die de DPC wel degelijk biedt.

    Het Integraal Veiligheidsprogramma (IVP).
    De rijksoverheid, bijgestaan door een werkgroep met vertegenwoordigers van gemeenten, politie en vele maatschappelijke organisaties, besteedt aandacht aan bestrijding van fietsdiefstal in het kader van het IVP. In februari van dit jaar hebben de ministeries van V&W, BZK en Justitie een Visie aanpak fietsendiefstalen een Actieagenda aanpak fietsendiefstal aan de Tweede Kamer gestuurd. Sloten en fietsparkeervoorzieningen krijgen daarin aandacht, maar het accent ligt op identificatie van fietsen als voorwaarde voor handhaving. Gemikt wordt op snelle totstandkoming van een landelijk registratiesysteem van gestolen fietsen, voorlopig op basis van framenummer, postcode en andere kenmerken. Chip-identificatie van alle fietsen moet wel verder worden verkend en ontwikkeld maar dat gaat te lang duren, zo verwacht men. Met de voorlopige nadruk op framenummers richt men zich niet op surveillance en opsporing van gestolen fietsen, maar slechts op terugbezorging ervan. De cruciale inzet van politie en andere toezichthouders wordt wel vermeld, maar daarover worden geen afspraken aangekondigd. De IVP-aanpak mist de noodzakelijke integraliteit. De broodnodige snelheid in werkwijze van controleurs (factor 5), die ook bij helingcontrole relevant is, is vooralsnog genegeerd. Mede daardoor lijkt een sterke inzet van politie c.s. (factor 6) onwaarschijnlijk, zeker als vulling van de databank beperkt blijft (factor 4). De kans daarop is aanzienlijk omdat alles afhangt van vrijwillige medewerking van burgers. Aangezien niet is voorzien in koppeling van fiets aan bezitter (factor 2), hetgeen het doen van aangifte bepaald niet gemakkelijker maakt, en voldoende politieinzet niet is gegarandeerd, is het bovendien de vraag of het enig effect heeft die burgers aan te moedigen meer aangifte te doen (factor 3). Zo lijkt een negatieve spiraal niet te ontlopen.

    De Amsterdamse aanpak.
    Amsterdam gaat, zoals in de voorgaande pagina’s is geschetst, locaties waar veel fietsen worden gestolen en geheeld aanpakken en massaal gebruikte fietsen registreren. De voorgenomen aanpak van gemeente en politie is ambitieus en breed, maar voor succes is dat niet per se voldoende. Of er op korte termijn sprake is van het inbouwen van chips in een groot deel van het Amsterdamse fietsenpark, is nog lang niet zeker (factor 1) en daarmee evenmin of op korte termijn efficiënt gecontroleerd kan worden (factor 5). Verder is het de vraag of goed is geregeld dat bij eigendomsoverdracht van de fiets ook de kenmerken ervan (dan wel van de chip) worden overgedragen. Het lijkt juist in Amsterdam, waar fietsen vaak van eigenaar verwisselen, belangrijk dat wordt voldaan aan de voorwaarde om gebruikte fietsen aan hun bezitter te kunnen koppelen (factor 2). Tenslotte is het onzeker of vaker aangifte zal worden gedaan (factor 3), hetgeen wel noodzakelijk is voor een goede vulling van het registratiesysteem van gestolen fietsen (factor 4). Die vulling vormt toch al een kwetsbaar onderdeel omdat inbouw van chips in gebruikte fietsen volledig afhangt van de vrijwillige medewerking van burgers. Mitsen en maren dus, maar daar valt wat aan te doen.

Relevantie

Terug naar 'Kennisbank'
Submenu openen

Veel schakels maken nog geen ketting

Scroll naar boven