De normen geven aan hoeveel fietsparkeerplekken minimaal gerealiseerd moeten worden, in principe op eigen terrein. De fietsparkeereis bij een bouwplan is afhankelijk van de functie, de ligging en de omvang van de ontwikkeling.
De eerste Utrechtse ervaringen leren dat de normen duidelijk voorzien in een behoefte, maar dat hier en daar ook nog bijstelling nodig is.
Het is bijvoorbeeld de vraag hoe een ontwikkelaar gestimuleerd kan worden om nog iets meer te doen dan de minimumeis. Dit is vooral in de woningbouw van belang, omdat de Rijksnormen nogal krap zijn. En of er instrumenten zijn om ook in het bestaande vastgoed voldoende fietsparkeerplekken te realiseren.