Volgens Van Nieuwenhoven is NS op dit moment de meest geschikte partij om de komende drie jaar de exploitatie van de OV-fiets bedrijfsmatig uit te voeren. ProRail en de stichting OV-fiets konden het samen niet eens worden over een verlenging van het contract. Van Nieuwenhoven heeft de afgelopen maanden, op voorstel van het Interprovinciaal Overleg (IPO), bemiddeld tussen de stichting OV-fiets, ProRail en NS. De OV-ambassadeur adviseert om het logo en de formule van OV-fiets, nu in handen van ProRail, over te dragen aan een nieuw op te richten stichting. Deze stichting draagt het gebruiksrecht over aan een marktpartij, de beoogde exploitant is NS. Een nog in te stellen Raad van Toezicht ziet toe dat NS zich houdt aan afspraken, die worden gemaakt over de exploitatie van OV-fiets.
In een convenant worden afspraken vastgelegd, waaraan NS zich bij de exploitatie moet houden. Een Raad van Toezicht, waarin verschillende partijen participeren die het voortbestaan van OV-fiets een warm hart toedragen en hieraan willen bijdragen, ziet hierop toe.

In een reactie op het advies onderschrijft Staatsecretaris Huizinga-Heringa de conclusies en de daarop gebaseerde aanbevelingen van de OV-ambassadeur. 'Wat voor mij ook zwaar weegt is dat de door u voorgestelde lijn gesteund wordt door consumentenorganisaties (waaronder de Fietsersbond die ook mede initiatiefnemer is van de OV-fiets) en decentrale overheden', aldus de staatsecretaris. 'De exploitatie is nog verre van kostendekkend en voor verdere groei zijn stevige investeringen nodig, met name in de uitbreiding van de stallingsruimte bij de stations. Tot dergelijke investeringen is de stichting OV-fiets niet in staat. Ik ben daarom blij met het goede bod van de NS voor een toekomstvaste exploitatie. In het bod van de NS wordt uitgegaan van het bestaande concept en het vasthouden van de huidige gunstige prijstelling. Tegelijkertijd houdt NS rekening met de voor groei en uitbreiding benodigde investeringen.'
De staatssecretaris reageert ook het standpunt van de Stichting OV-fiets dat het rijk de investeringen rond de stationsstallingen voor haar rekening zou moeten nemen. 'In de filosofie van de stichting is de OV-fiets een vorm van openbaar vervoer en heeft ze op basis daarvan recht op gratis stallingsruimte. Naar mijn mening is dit standpunt onjuist. De OV-fiets is een vorm van fietsverhuur. Het is geen openbaar vervoer en het rijk mag niet betalen voor de benodigde stallingsruimte, die slechts ter beschikking zou staan van OV-fiets, dat is ongeoorloofde staatsteun.'