Fietsen is goed voor het milieu en gezondheid, goedkoop en heeft relatief weinig ruimte nodig. Vanwege deze voordelen proberen overheden fietsgebruik te stimuleren in het algemeen en voor woon-werkverkeer. Ondanks dat veel factoren in eerder onderzoek van invloed blijken te zijn, is relatief weinig aandacht besteed aan het effect van aspecten, die met de werksituatie samenhangen. Dit paper probeert te achterhalen welke werkgerelateerde kenmerken, zoals kledingstijl, mening van collega’s en werkuren, de keuze beïnvloedt dat een individu een fulltime, parttime of niet-fietser is. Hiervoor is een internetsurvey gehouden in Delft, Zwolle, Midden-Delfland en Pijnacker-Nootdorp. Door het schatten van een multi nomial logitmodel is voor een aantal aspecten een effect gevonden op de kans om een fulltime of parttime fietser te zijn. De kans om een fulltime fietser te zijn is groter, indien men een fiets nodig heeft tijdens werktijd, men denkt dat collega’s verwachten dat men met de fiets naar het werk moet reizen, als een individu een permanent of tijdelijk contract heeft in tegenstelling tot een gedetacheerd persoon en als een individu werkzaam is de landbouw en visserij sector of in een fabriek in plaats van bij een openbaar nutsbedrijf. De kans om fulltime fietser te zijn is kleiner als een individu spullen moet vervoeren naar het werk of tijdens werktijd en als een auto beschikbaar is voor woon-werkverkeer. Het is waarschijnlijker dat een individu een parttime fietser is als iemand een fiets nodig heeft tijdens werktijd of wanneer er soms, maar niet altijd een auto beschikbaar is voor woon-werkverkeer of als deze persoon in delfstofwinning, bouwnijverheid, handel, horeca, onderwijs, gezondheidszorg of transport, opslag en communicatie werkt in tegenstelling tot bij een openbaar nutsbedrijf. De kans is kleiner indien een privé of lease auto nodig is tijdens werktijd of indien er spullen vervoerd dienen te worden. Deze resultaten kunnen gebruikt worden om fietsen naar het werk gerichter te stimuleren.