De gezonde wijk: Een onderzoek naar de relatie tussen fysieke wijkkenmerken en lichamelijke activiteit

  • Soort:Onderzoeksrapporten
  • Auteur:Frank den Hertog, Marianne Bronkhorst, Menno Moerman en Rosan van Wilgenburg
  • Uitgever:EMGO-instituut, de Architekten Cie. en SPINlab
  • Datum:15-12-2006

In dit onderzoek is geprobeerd ruimtelijke buurtkenmerken te identificeren die van invloed zijn op de "beweegvriendelijkheid" van buurten. Het onderzoek heeft plaatsgevonden in vier Amsterdamse buurten.


 

Klik op de knop om de link te openen (opent in een nieuw venster)

downloaden
  • Dit is het eerste grootschalige onderzoek in Nederland naar de relatie tussen kenmerken van woonwijken en het beweeggedrag van haar bewoners. In het onderzoek is het beweegpatroon van de bewoners van vier Amsterdamse buurten in kaart gebracht. De buurten verschillen duidelijk in stedenbouwkundige opzet, terwijl de bevolking een vergelijkbare lage sociaal economische status heeft.
    Ten eerste is in vier Amsterdamse wijken met behulp van vragenlijsten het gedrag van 443 volwassenen en 193 kinderen in kaart gebracht. Deze wijken zijn vergelijkbaar voor wat betreft hun bevolkingssamenstelling (gemiddeld inkomen, etnische samenstelling etc.), maar verschillen als gekeken wordt naar de bebouwde omgeving (zoals hoeveelheid groen en woningdichtheid). De bewoners is gevraagd hoe ze zich naar bestemmingen binnen en buiten de buurt begeven: hoe ze boodschappen doen, hoe ze naar het werk gaan en op welke wijze ze naar het park gaan. Ook is gevraagd hoe ze een aantal kenmerken van hun buurt waarderen: zoals de sociale en verkeersveiligheid, het groen in de wijk en de uitstraling van de woonomgeving.
    Ten tweede zijn de wijken ruimtelijk geanalyseerd aan de hand van de volgende kenmerken: bebouwingsdichtheid, aanwezigheid en ligging van voorzieningen, in het bijzonder winkels voor dagelijkse boodschappen en parken. Bovendien is gekeken naar de kwaliteit van de routes naar deze voorzieningen, de ontsluiting van de buurt met openbaar vervoer en de parkeergelegenheid.
    Uit de resultaten van het onderzoek spreekt een duidelijk verschil in het alledaagse beweegpatroon tussen de bewoners van een klassieke stadswijk als de Boerhaavebuurt en naoorlogse buurten in Osdorp. Bewoners van de klassieke stadswijk blijken in het dagelijks leven meer te lopen en te fietsen dan bewoners van de naoorlogse woonwijken. De tuindorpachtige Van der Pekbuurt neemt een interessante tussenpositie in. Het verschil in beweegpatroon in de buurten komt ook tot uitdrukking in het verschil in (gemiddelde) BMI waarden (Body Mass Index, hiermee wordt de mate van overgewicht aangeduid). In buurten waarin meer bewogen wordt is het aantal mensen met (ernstig) overgewicht kleiner.
    We veronderstellen dat de verschillen in beweegpatroon en daaraan gerelateerd BMI-waarden deels te maken hebben met de stedenbouwkundige opbouw van de wijken

Relevantie

Scroll naar boven