Blauw ondervroeg 800 Nederlanders naar hun houding ten opzicht van de fiets. Ruim 41% typeert zichzelf als ‘Mooiweerfietser’ en stapt alleen op de fiets als de zon schijnt. Zo’n 22% voelt zich een ‘Bagagedrager’ en pakt zijn fiets over het algemeen vol met kinderen en boodschappen. Ongeveer 18% noemt zichzelf ‘Praktijkpendelaar’ en fietst vooral de afstand tussen huis en werk/school of huis en station. Nederland beschikt ook nog over een kleine groep zogenaamde ‘Rauwdauwers’: 15% van de Nederlanders fietst altijd, door weer en wind. Het minst vertegenwoordigd zijn de ‘Sporttrappers’, die fietsen voor de sport, met 5% de kleinste groep.
Voor een rit van maximaal 8,3 kilometer is Nederland bereid de auto te laten staan en de fiets te pakken. Voor een korte rit van 4 km pakt zelfs zo’n 88% de fiets in plaats van de auto. De voornaamste reden hiervoor is dat fietsen goed is voor de gezondheid (70%). Dit is voor een derde van Nederland sowieso de belangrijkste reden om te fietsen. Daarnaast laat zo’n 40% de auto staan omdat dit beter is voor het milieu. Ongeveer 35% van de respondenten verkiest fietsen boven autorijden omdat dit sneller is. Verder pakken we de fiets in plaats van de auto omdat het flexibeler (29%) en goedkoper (2%) is.
De stadsfiets wordt met 49% het meest gebruikt. Op de tweede plaats komt de toerfiets, met 22%. Verder bezit 12% van fietsend Nederland een oud barrel. Met 9% volgt de mountainbike. Ook de opoe- of omafiets is nog niet uit het straatbeeld verdwenen, 7% van de respondenten rijdt op zo’n model. En inmiddels bezit 6% van de respondenten een elektrische fiets. De belangrijkste redenen om een elektrische fiets aan te schaffen zijn omdat ze door lichamelijke klachten niet op een gewone fiets kunnen fietsen (57%), of omdat het lange afstanden fietsen makkelijker maakt (53%). 39% van de elektrische fietsers heeft zo’n fiets aangeschaft voor het gemak. Tot slot kiest 22% van de respondenten voor een elektrische fiets omdat het goed is voor de gezondheid.