Lichtvoering fietsers 2015/2016

  • Soort:Onderzoeksrapporten
  • Uitgever:Rijkswaterstaat
  • Datum:01-03-2016
Onderzoeksrapport van een meting naar lichtvoering van fietsers in opdracht van Rijkswaterstaat WVL in de maanden december 2015 en januari 2016.

 

Klik op de knop om de link te openen (opent in een nieuw venster)

downloaden
  • Verbetering van de veiligheid van fietsers is een van de prioritaire thema’s in het Actieprogramma Verkeersveiligheid 2011-2012. Het gebruik van fietsverlichting helpt om de verkeersveiligheid van fietsers te verbeteren. Om dit te bereiken worden voorlichting en handhaving ingezet.

    Sinds 2003 worden metingen verricht naar de lichtvoering van fietsers om de ontwikkeling te monitoren. In de maanden december 2015 en januari 2016 is opnieuw een meting uitgevoerd. Tijdens de duisternis (< 3 lux) en in de schemerperiode (3 tot 26 lux) is de lichtvoering van fietsers visueel geregistreerd. Er is onderscheid gemaakt tussen het voeren van voor- en achterlicht, tussen situaties waarin fietsers geen licht voeren (licht is uit of niet aanwezig) en situaties waarin dat wel het geval is. Tevens is gekeken of fietsers licht voeren conform de bestaande en officiële regelgeving.

    In het onderzoek van december 2015/januari 2016 is in totaal van 18.231 fietsers de lichtvoering geregistreerd. Van deze fietsers voerde 64% voor- en achterlicht. Tijdens de vorige meting in december 2011/januari 2012 was dit 61%. In december 2015/januari 2016 voerde 62% van de geregistreerde fietsers licht conform de  regelgeving. Dit was 60% tijdens de vorige meting in december 2012/januari 2013.

    Er zijn tussen de steden verschillen te constateren in de mate waarin fietsers licht voeren. In de vier grote steden van Nederland (Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht) voeren fietsers gemiddeld minder vaak licht dan in andere steden. Ook wordt in de vier grote steden minder vaak conform de regelgeving licht op de fiets gevoerd. 

    Er is een verband tussen de leeftijdsklasse en de lichtvoering van fietsers. Jongeren en jongvolwassenen voeren verhoudingsgewijs minder vaak licht op de fiets dan de fietsers die behoren tot de oudere leeftijdsgroepen. 

    Tijdens de duisternis (<3 lux) voeren fietsers vaker licht op de fiets dan tijdens de schemerperiode (3 tot 26 lux). In de ochtenduren lag de lichtvoering iets hoger dan in de avonduren.

    Onder fietsers op een elektrische fiets is de lichtvoering aanzienlijk hoger dan onder fietsers op een fiets zonder elektrische hulpmotor.

    In het onderzoek van december 2015/januari 2016 was zowel het voor- als achterlicht door 99% van de lichtvoerende fietsers aan de fiets bevestigd. Er wordt weinig gebruik gemaakt van de nieuwe regelgeving waarmee het is toegestaan de verlichting op het bovenlichaam te bevestigen. Dankzij de nieuwe regelgeving was het aandeel fietsers dat tijdens het onderzoek licht voerde conform de norm 0,2% hoger dan het geweest zou zijn volgens de oude norm

Relevantie

Terug naar 'Kennisbank'
Submenu openen

Lichtvoering fietsers 2015/2016

Scroll naar boven