Het stimuleren van fietsen dient naast bereikbaarheid ook de (volks)gezondheid. Fietsers voelen ‘aan den lijve’ de voordelen van meer bewegen en werkgevers zien dit in hun bedrijfsresultaat. Door de opkomst van de e-bike en snelfietsroutes wordt het steeds makkelijker gemaakt om de fiets te pakken, ook naar het werk. Fietsen draagt bij aan een verbeterde gezondheid en levert werkgevers en overheden ook fikse besparingen op. Gemiddeld €230-€410,- aan verzuimkosten per werknemer per jaar. Zorgkosten en vermindering van schadelijke stoffen zijn hierin niet meegenomen. Deze besparingen worden gerealiseerd als werknemers meer met de fiets willen gaan. Werknemers kunnen met deze keuze geholpen worden als beleid naast de nu veel gebruikte extrinsieke variabelen vaker intrinsieke variabelen meeneemt. Deze studie toont aan dat de mate van controle die je voelt over de keuze om met de fiets te gaan, het eerder vertoonde gedrag (past behavior), de houding tegenover fietsen (attitude) en de beïnvloeding door de nabije omgeving (subjective norms) sterke intrinsieke motivatoren zijn om meer met de fiets te gaan. Mobiliteitsbeleid vaart er wel bij als gezondheid sterker wordt meegenomen in marketingcampagnes van bedrijven. Stimulering van intrinsieke motivatie is hiervoor een interessante optie. Gezondheid kan het nieuwe beleidsdoel voor fietsstimulering zijn: ‘het nieuwe bereikbaarheid’.