Fietscommunity 2.0 in de maak

  • Soort:Nieuws Fietsberaad
  • Datum:17-09-2015

Het krioelt van de initiatieven rond fietsonderzoek en fietskennis, zo bleek tijdens de lancering van de Fietscommunity 2.0, een initiatief &uit de universitaire onderzoekwereld.


‘De bomen en het bos’ was een gevleugelde uitdrukking tijdens de startbijeenkomst in Utrecht. Er zijn inmiddels de nodige initiatieven rond fietskennis. Marcus Popkema van de hogeschool Windesheim stelde de Dutch Cycling Academy voor.

Een groep van onderzoekers van hogescholen en universiteiten die zich met fietsonderzoeken bezighoudt. Maar we hebben ook een Dutch Cycling Embassy die zich met de export van fietskennis bezighoudt. Er is de Nationale Onderzoeksagenda Fietsveiligheid (NOaF). En is er ook geen Amsterdams netwerk, vroeg iemand uit de zaal (ja: AMS Amsterdam solutions for Advanced Metropolitan Solutions van Serge Hoogendoorn). Een ander: ‘Vergeet de Tour de Force niet, ook daar is aandacht voor onderzoek’. Zo gebeurt er van alles. Maar van echte sturing lijkt nog geen sprake.

Fietscommunity 1.0, een groep geïnteresseerden in fietsbeleid en fietsonderzoek, was gekoppeld aan de onderzoeken die afgelopen jaren werden uitgevoerd in het kader van het programma duurzaam Bereikbare Randstad van NWO: zoals de onderzoeken van Lucas Harms naar trends in fietsgebruik en die van Roland Kager naar de combinatie fiets en trein. Het doel van de oprichting van een fietscommunity was onderzoek en praktijk bij elkaar te brengen. Nu deze onderzoeken zijn afgerond, willen de initiatiefnemers, (o.a. Jan Klinkenberg van VerDuS, Hugo van der Steenhoven van de Fietsersbond, Jaap Modder van Brainville) de fietscommunity, maar dan in nieuwe vorm, graag behouden.

Steeds meer wetenschappers en andere onderzoekers houden zich bezig met de fiets en het nieuwe NWO programma, SURF (Smart Urban Regions of the Future) belooft ook veel fiets.

Dat klinkt alsof er enorm veel fietsonderzoek is, maar dat valt reuze mee. Bovendien, zo liet planoloog Rob van der Bijl, in zijn presentatie zien, is onderzoek (wetenschappelijk of niet) eigenlijk vooral gericht op de fiets als oplossing in mobiliteit, zelden op ruimtelijke, economische, milieu en sociale aspecten. De fiets in de volle breedte komt er bekaaid af.

Zijn rapport over de inventarisatie noemde hij 5xExFiets: De E’s van efficiency en effectivity (van doelmatigheid en doeltreffendheid) krijgen genoeg aandacht, maar niet E’s van economy, environment en equity (sociale rechtvaardigheid). Interessant is dat de interesse van het buitenland vaak juist wel bij deze laatste thema’s ligt.

De initiatiefnemers willen graag het onderwerp voor de fietscommunity verbreden naar innovatie. Jaap Modder, lid van Innovatieberaad van IenM vroeg: ‘Hoe blijven we fietsland nummer 1 in de wereld? In april 2016 is de Europtop in Amsterdam, wat kunnen we dan laten zien, welke innovaties zijn er op het gebied van fiets?’

Marjolein de Lange (van ML Advies) gaf aan dat goed fietsbeleid een kwestie van lange adem is, geen ‘rocket science’ .‘Wat maakt een stad een goede fietsstad? Goede doorgaande fietsroutes, routes die kloppen. In 40 jaar wordt een stad een goede fietsstad. Niet met een flashy ontwerp.’

Maar anderen benadrukten dat technologische innovaties aandacht verdienen. De e-fiets en de speed pedalec veranderen de afstanden die binnen bereik komen van de fiets, ook op gebied van bijvoorbeeld slimme verkeerlichten (Evergreen) en fietsdeelsystemen is er veel vernieuwing.

Een interessant onderzoeksvoorstel voor de SURF-programma is dat van de universiteit Utrecht die samen met diverse overheden in een ‘living lab’ een aantal slimme oplossingen wil uittesten en onderzoeken. In december wordt bekend of dit Smart Cycling-voorstel gehonoreerd zal worden.

Dat zou dan het tweede Living Lab worden, want ondertussen is het kenniswerk SPARK op ongeveer hetzelfde moment in Noord Brabant gestart een Living Lab. Onderwijsinstelling richten zich daar samen met onder meer aannemer Heijmans en de gemeente ’s-Hertogenbosch en de provincie Noord-Brabant vooral op de vraag hoe snelfietsroutes nog veiliger en comfortabeler kunnen worden gemaakt. Het living lab focust zich daar op drie innovatiegebieden: de road side wat betreft de harde infrastructuur (wegen, verlichting, omgeving), de bike side inzake fietsmobiliteit (e-bikes, deelfietsen, speedbikes) en de user side inhoudend de zachte infrastructuur (netwerken, ICT, social media) en gezondheid (sport en beweging met de fiets). Over een periode van drie jaar zullen gebruikers tal van innovaties op deze snelfietsroute testen, aldus de initiatiefnemers. Het idee is dat meer mensen gaan fietsen als dit aantrekkelijker en comfortabeler wordt. ‘Om een verandering te bewerkstelligen is praktijk georiënteerd onderzoek nodig. Onderzoek waarbij de gebruiker zelf aangeeft wat anders moet, en met extra snelheid en inzicht omdat testen en implementeren gelijktijdig gaat.’

Tenslotte: Hoe de fietscommunity 2.0 verder wordt vormgegeven en wat de activiteiten precies zullen zijn, dat is nog even onduidelijk. De initiatiefnemers gaan er binnenkort verder over praten. Voor info zie ook: http://kennisdeling.verdus.nl/2032

KB/RH

Relevantie

Scroll naar boven