Elk jaar melden zich 50.000 fietsers op de spoedeisende hulp vanwege een enkelvoudig fietsongeval. En van de ruim 13.000 fietsers die ernstig gewond raken zijn er meer dan 10.000 slachtoffer van een enkelvoudig ongeval (CROW, 2018). De helft van deze gevallen heeft één of meer infrastructuur gerelateerde factoren als medeoorzaak. Botsingen met fietspaaltjes zijn hier een voorbeeld van. Andere infrastructuur gerelateerde oorzaken zijn: een glad wegdek, botsingen tegen trottoirbanden, bermongevallen, botsingen tegen portieren en geparkeerde voertuigen, ongevallen door werkzaakheden op of langs de weg en door hobbels, kuilen en voorwerpen op de weg.
Ondanks deze cijfers is uit eerder onderzoek van het CROW gebleken dat er weinig aandacht is voor enkelvoudige fietsongevallen bij Nederlandse gemeenten. Naast een beperkte probleemperceptie leek de problematiek ook te worden onderschat en soms ook te worden gebagatelliseerd: ‘het is vooral een gevolg van (onoplettend) gedrag en daar valt weinig aan te doen’. Veel gemeenten lijken ook te worstelen met de vraag hoe enkelvoudige ongevallen kunnen worden bestreden. Daarom is besloten een nader onderzoek te doen naar de kennis over en de aanpak van enkelvoudige fietsongevallen door gemeenten.