Botsingen van het type 'fietser-autofront'

  • Soort:Onderzoeksrapporten
  • Auteur:C.C. Schoon - SWOV
  • Uitgever:SWOV, rapport 2003-33
  • Datum:01-07-2004

Analyse van ongevallen van het type fietser/autofront.


 

Klik op de knop om de link te openen (opent in een nieuw venster)

downloaden
  • Van de fietsongevallen waar motorvoertuigen bij betrokken zijn, is het aandeel van de personenauto 80%. Het meest voorkomende botstype is het ongeval waarbij de fietser in de flank door het front van een auto wordt geraakt.
    In veel gevallen was niets over de aard van het letsel bekend, maar het is duidelijk geworden dat het hoofd van de fietser vaak getroffen werd. Bij de dodelijke slachtoffers kwam hoofdletsel vaker voor dan bij de ziekenhuisgewonden, met veelal de voorruit en het autodak als contactplaats. In zijn algemeenheid komen fietsslachtoffers vooral in aanraking met de voorruit en het dak op wegen met maximumsnelheden van 80 km/uur en hoger.
    In dit rapport worden tevens de eisen besproken die vanaf 2005 aan het front van nieuwe personenauto's worden gesteld. Deze eisen zijn gebaseerd op aanrijdingen van motorvoertuigen en voetgangers en niet op die van motorvoertuigen en fietsers. De voertuigonderdelen die vaak door fietsers worden geraakt (de voorruit en het frame van de voorruit), vallen niet onder de nieuwe eisen.
    Om de ernst van aanrijdingen met fietsers (en voetgangers) te beperken, zijn naast constructieve ingrepen aan het voertuigfront ook maatregelen gewenst om de rij- en botssnelheden te reduceren. Een botssnelheid tot 30 km/uur geeft fietsers (en voetgangers) nog een goede kans om er zonder ernstig letsel vanaf te komen. Door inrichting van de infrastructuur en –op termijn- door de montage van lokaal aangestuurde snelheidsbegrenzers in voertuigen, kan een rijsnelheid tot 30 km/uur worden gerealiseerd.

Relevantie

Terug naar 'Kennisbank'
Submenu openen

Botsingen van het type fietser-autofront

Scroll naar boven